Lezing dr.Van Montfort over

Darmen en het immuunsysteem en biogene aminen

Plaats : Sint Maartensgasthuis te Venlo

Datum: 26 januari 1999

Dr. Van Montfort deelt, aan het begin van de avond, mee dat zijn betoog een pittige lezing zal worden maar dat hij zijn best zal doen om aan de aanwezigen de bomen uit het spreekwoordelijke bos te laten zien. Direct daarbij geeft hij aan, dat de mens weliswaar over veel kennis beschikt, maar dat de schepping een wonder is, dat niet te doorgronden is. Dit is de reden dat hij zijn lezing begint met een gedicht van Albert Schweitzer, een gedicht, waarin duidelijk worden de beperkingen van de medische kennis ten opzichte van deze schepping. "Als u beseft dat allergie�n puur biochemische processen betreffen en dat er in het lichaam ontelbare biochemische processen per seconde plaatsvinden, dan is het te begrijpen dat over dit ziektebeeld nog maar verschrikkelijk weinig bekend is!", aldus dr.Van Montfort. Aan de hand van een recent artikel uit het Dagblad De Limburger toont hij aan dat de bekendheid van allergie�n, en met name ook van voedselallergie�n, uitermate beperkt is. En dat terwijl de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO)voorspelt dat allergie de volksziekte van de 21e eeuw zal gaan worden! Als reden hiervoor wordt aangenomen, dat het immuunsysteem van de mensen in de westerse wereld "wegens gebrek aan ervaring" op hol geslagen is. Het gebrek aan ervaring wordt toegeschreven aan het ontbreken van infectieziekten. Het immuunsysteem heeft een dagelijkse training nodig tegen indringers en deze training wordt, mede door onze civilisatie en het vaccinatieprogramma, veel te weinig uitgevoerd. "De verdedigingscellen beginnen nu ook al bij loos alarm met grof geschut om zich heen te maaien". Dr. Van Montfort laat een sheet zien van de werking van het afweersysteem wordt weergegeven. Een eerste afweer vindt plaats door het immuunglobuline E (IgE, het immuunglobuline dat bij allergie o.a. een grote rol kan spelen). Deze immuunglobulines worden door de B-lymfocyten gevormd. Deze B-lymfocyten ontstaan in het beenmerg en krijgen hun "scholing"o.a. in de darmen. Mede hierdoor zijn de darmen een belangrijk orgaan in het lichaam. In de thymus, een klier achter het borstbeen, vindt de rijping plaats van de zgn. T-lymfocyten. Deze, ook in het beenmerg ontstane, lymfocyten zorgen voor de rechtstreekse afweer en treffen de doelcel. Dit alles gebeurt in een normale situatie. De darm is met een oppervlak van 300m2, na de huid, het grootste contactorgaan met de buitenwereld. 80% van het lymfatisch systeem bevindt zich in de darmen. Daarbij spelen ook de bacteri�n een rol. Het totaalgewicht van de bacteri�n is dezelfde als het gewicht van de lever. Het afweersysteem functioneert als barri�re door middel van:

Wanneer de darmen optimaal functioneren, functioneert ook het immunologisch systeem goed

Wat gebeurt er wanneer in de voedingsorganen een allergeenpresentatie plaatsvindt? Op datzelfde moment ontstaat er een enorme vermeerdering van specifieke afweercellen tegen de bacterie. Is deze laatste echter nog niet bekend, dan duurt dit proces langer. Nadat de afweercellen gevormd zijn, komen ze in het geweer in het hele systeem: longen, darm, huid, slijmvliezen (blaas, nieren en mond), lever, gal etc. Het is dus goed om zeer veel belang te hechten aan het optimaal functioneren van de darm: het orgaan komt in aanraking met de meeste immunologische reacties, het basis-bioregulatie systeem (het zgn."onwillekeurige"zenuwstelsel) en van hieruit worden zowel primaire als secundaire reacties gestuurd. Hier eindigt dr. Van Montfort met zijn informatie over de basis-kennis immunologie. Deze basis-kennis heeft de toehoorder nodig voor het verdere vervolg van de lezing.

Want wat gebeurt er als het immuunsysteem niet op de normale wijze reageert op prikkels, die binnenkomen?

Er functioneren meerdere reactiesystemen, lang niet alle met dezelfde reactie van het immuunsysteem. Gaat de reactie de weg van het IgE (allergische ontsteking) of van het IgG4 of van de T-cellen? Een allergoloog zal alleen naar IgE gemedieerde reacties kijken. Er zijn echter ook laboratoria waar de bepaling van het IgG mogelijk is, of de bepaling van de  T-cellen. Bij een allergische reactie wordt, na het binnendringen van het antigeen, de hele reeks reacties opgestart, waardoor de mestcel wordt geprikkeld tot histamine-afgifte. Histamine is een stof, die in het menselijk lichaam voorkomt, doch die bij een allergische reactie verantwoordelijk is voor bloedvatverwijding, waardoor jeuk, prikkeling en een allergische reactie ontstaat. Histamine wordt in het lichaam bewust geproduceerd omdat de stof een belangrijke rol speelt bij wondgenezing. Het zorgt in feite ook voor de alarmering van het afweersysteem. Bij een allergische reactie ontstaan zeer veel reacties, die leiden tot de allergische klacht, maar evengoed tot bijkomende klachten van vermoeidheid etc. Dit is onder meer te verklaren uit het feit dat het afweersysteem van de allergische pati�nt in een voortdurende alarmfase verkeert en er veel reacties in het hele systeem plaatsvinden, waarbij o.a. ook een heleboel stoffen worden vrijgegeven, die leiden tot de bijkomende klachten. In een schematisch overzicht laat dr. Van Montfort zien welke verschillende reacties er zijn: IgE, IgG, T-cel reactie, maar ook intoleranties, pseudo-allergie en histaminose Dr. Van Montfort geeft een voorbeeld van een reactie van intolerantie voor Azo-kleurstoffen. Een kleurstof toegestaan in de voedingsmiddelen industrie, die , na in het lichaam te zijn binnengekomen, wordt gebonden aan een inerte (op zich onschadelijke) cel in de dunne darm, gaat met deze cel via de bloedbaan naar de lever, daar ontstaat een beschermlaag om het geheel, daarna naar de gal en uiteindelijk komt de cel in de dikke darm. Daar kunnen echter bacteri�n huizen, die de beschermlaag afbreken, waardoor de (op zichzelf niet onschadelijke) azo-kleurstoffen vrijkomen en daar hinder kunnen veroorzaken. Azo-kleurstoffen zijn zelfs kankerverwekkend. Intoleranties kunnen ontstaan door een verkeerde darmflora en kunnen worden veroorzaakt door cultuurvoeding: veel vlees, veel koolhydraten, antibiotica als medicijn, maar ook uit de voeding en ook een hormonale onbalans, die kan leiden tot mogelijke problemen in de darmflora.

Hierna gaat dr. Van Montfort in op de kenmerken en de symptomen van histadelie (een van nature hoge histamine-spiegel). Deze hoge histamine-spiegel kan zijn aangeboren of later verworven en vertoont een voortdurend op scherp staand immuunsysteem. Hij laat een sheet zien met kenmerken en symptomen van histadelie. In de V.S. heeft dr. Carl C. Pfeiffer, in zijn kliniek voor psychotische en schizofrene ziektebeelden, de biochemie van een reeks, in geestelijk onbalans verkerende, pati�nten bestudeerd, waaruit bleek dat 30% van hen aan histaldie leed. Door zijn behandeling, gericht op het normaliseren van deze histaminespiegel, is bij allen de situatie aanmerkelijk verbeterd en zijn er enkelen volkomen gezond verklaart! Histamine ontstaat uit histidine, een essentieel aminozuur; histaminevorming kan echter ook plaatsvinden vanuit bacteri�n in de darmen. Is de darmflora ongezond dan kunnen bepaalde aminozuren worden gesplitst in biogene-aminen als histamine en tyramine via chemische en gistingsprocessen. Wederom ziet u hier het belang van een goede darmflora: hoe gezonder deze is, hoe minder biogene aminen ontstaan. De inleider geeft aan op welke wijze er ook in de voeding biogene aminen kunnen ontstaan: door een proces van veroudering of van fermentatie (rijping) van bepaalde producten. Tyramine is een stof, die ontstaat door gisting van tyrosine, een aminozuur dat een belangrijke opbouwstof is voor o.a. de schildklierhormonen. Wanneer in het lichaam iets binnenkomt wordt er informatie vastgelegd op receptoren, die de cel tot delen aanzetten. In elke cel vindt deze reactie plaats. Indien zich er een teveel aan tyramine in het lichaam bevindt zou dit moeten leiden tot beperking van de inname, door te letten op wat er gegeten wordt. Een gevolg hiervan zou kunnen zijn dat de receptoren minder goed gaan functioneren, waardoor het hormonale stelsel in de war kan worden geschopt. Er wordt dan te weinig voedingsopname door de cel gerealiseerd.

Dr. Van Montfort noemt als cijfer, afkomstig uit de recente reguliere geneeskunst, dat 20 tot 30 % van de bevolking leidt aan voedselallergie. Hoe kun jedaar achter komen? Allereerst is het verhaal van de pati�nt belangrijk (anamnese). Daarna zal gericht gezocht moeten gaan worden en in geval van problemen zal er, in de actieve fase (dus wanneer er een reactie is) en zonder medicatie, bloed afgenomen moeten worden. Hij geeft aan de referentiewaarden van de testuitslagen en laat een aantal allergenenlijsten zien, waaruit blijkt dat zomaar, in het wilde weg, testen geen resultaat zal hebben. Bovendien kunnen mensen een bepaalde overgevoeligheid hebben voor een voedingsmiddel, dat ze elders in het buitenland wel kunnen verdragen. Indien echter alle waarden binnen de normale vallen kunnen er nog wel degelijk de klinische verschijnselen aanwezig zijn. In de natuurgeneeskunde kan ook gezocht worden naar het IgG4, de reacties van de T-cellen en/of het gehalte aan biogene aminen als histamine en tyramine. Een mogelijke behandelingsmethode is het houden van een dieet, maar wat gebeurt er als daar te veel voedingsmiddelen uit weg gelaten moet worden? Dan zijn er mogelijkheden d.m.v. darmsanering, al dan niet samengaand met een vastenkuur; de thymustherapie, met injecties met het extract van kalverzwezerik; de "actieve"luchttherapie, waarbij ge�oniseerde, geactiveerde stikstof en geactiveerde zuurstof worden ingeademd. Het resultaat is een verbetering van de doorbloeding en, mede daardoor, een functieverbetering in alle organen; verder nog de bio-resonantie therapie en eventueel nog de psychotherapie, d.w.z. het "meebehandelen van de psyche", die altijd betrokken is, zo niet als oorzaak dan wel als gevolg. Hiermee geeft dr. Van Montfort aan dat er (gelukkig) vele wegen zijn, die naar Rome leiden! Na de pauze beantwoordt hij nog de vele vragen uit het publiek. Hierna wordt hij van harte bedankt voor zijn betoog met applaus, een Stichting VoedselAllergie-videofilm en de verslagen van de Stichting VoedselAllergie-contactgroep Venlo, 4 jaargangen gebundeld en gesigneerd door de leden van de kerngroep.

� Stichting VoedselAllergie Venlo/ januari 1999

<< Terug